Terwijl iedereen druk bezig is met Kerstverplichtingen, het stemmen op de beste voetbaltwitteraar van 2019 en het treffen van voorbereidingen voor Oud & Nieuw, is het een goed moment om terug te blikken op het afgelopen Italiaanse voetbaljaar. 2019 in acht trends.
De zoektocht naar het échte Milan duurt voort
Voor Milan was het (alweer) een jaar om snel te vergeten. De Rossoneri wisten zich niet voor de Champions League te plaatsen, bedankten vervolgens vriendelijk voor deelname aan de Europa League en zagen de ambities in het nieuwe seizoen wel héél erg snel verdampen.
Marco Giampaolo – de opvolger van de weggestuurde Gennaro Gattuso – bleek het elftal niet op de rit te krijgen en werd begin oktober, drie maanden na zijn aanstelling, alweer de laan uitgestuurd.
Momenteel staat crisismanager Stefano Pioli, als trainer eigenlijk overal mislukt, voor de groep. Nog voordat de oefenmeester officieel werd gepresenteerd, was de hashtag #PioliOut al trending op Twitter. Milanisti keerden zich voor de zoveelste keer fel tegen het bestuur van de eigen club en de Curva Sud kondigde direct een staking aan.
Het mocht niet baten. In de twaalf wedstrijd onder Pioli haalde Milan een gemiddelde van 1.2 punt per duel. De Rossoneri vinden zichzelf terug op de elfde plek, mogen kwalificatie voor de Champions League wederom vergeten en staan al liefst 21 punten achter op koplopers Juventus en Inter. Dieptepunt: de 5-0 nederlaag op bezoek bij Atalanta.
Hoewel ik hoop dat we in 2020 een glimp van het échte Milan gaan zien, heb ik er een heel erg hard hoofd in.
De stap van Ajax naar de Serie A is gevaarlijk
Waar Lasse Schöne en Matthijs de Ligt in mei van dit jaar nog in de halve finale van de Champions League stonden, vinden de twee ex-Ajacieden zichzelf momenteel terug op de bank van respectievelijk Genoa en Juventus. Het duo vormt om verschillende redenen het bewijs dat de stap naar de Serie A heel erg gevaarlijk kan zijn.
Allereerst kent De Ligt nogal wat aanpassingsproblemen. Zeker in het verdedigend hart van de beste ploeg van Italië is het essentieel om direct te presteren. Dat is de Nederlander tot op heden niet gelukt.
De Ligt verving de met een knieblessure weggevallen Giorgio Chiellini op zich redelijk, maar veroorzaakte wat ongelukkige penalty’s en maakte ook in verdedigend opzicht geen gigantisch goede indruk. Voor Juventus-trainer Maurizio Sarri reden genoeg om Merih Demiral een kans te geven. Mede door een kleine blessure van De Ligt lijkt Demiral deze positie zich voorlopig toe te hebben geëigend. Bijkomend voordeel is dat Demiral wél Italiaans spreekt en – door een korte periode bij Sassuolo – al een stukje meer ervaring in de Serie A heeft.
De bankbeurten van De Ligt vormen geen reden tot gigantische paniek. Misschien is het voor De Ligt beter om zich in de luwte aan het Italiaanse voetbal- en leven aan te passen. Al zal Ronald Koeman het met het EK voor de deur natuurlijk graag anders zien.
Wat betreft Lasse Schöne liggen de zaken iets anders. Op het moment dat Genoa zich bij zijn zaakwaarnemer meldde was het al hommeles bij de Rossoblu. De knettergekke eigenaar Preziosi wil de club al jaren verkopen en ontslaat trainers alsof het niets is. Daarnaast maakt de negenvoudig kampioen van Italië zijn potentie ook op sportief gebied al jaren niet waar.
Een dieptepunt was het vorige seizoen, waarin Genoa een salonremise met Fiorentina nodig had om degradatie op de laatste speeldag van de Serie A te voorkomen. Door de jaren heen is de kwaliteit van de selectie van Genoa bovendien achteruit gehold. Heeft de club een abonnement op het halen van goede spitsen, is het niveau van de rest vaak ontzettend laag.
Het matige, chaotische (aankoop)beleid is de hoofdreden dat Genoa zich tot een échte degradatiekandidaat heeft ontwikkeld en ieder seizoen in de onderste regionen van de Serie A terug te vinden is. Het vecht ook dit seizoen weer tegen degradatie en is inmiddels terug te vinden op een twintigste plek in de Serie A.
Genoa begon het seizoen met Aurelio Andreazzoli als hoofdtrainer. Andreazzoli kondigde aanvallend en verzorgd voetbal aan en zou de Rossoblu naar een plek in de middenmoot loodsen. Toen de punten in het begin van het seizoen echter uitbleven, werd Andreazzoli zonder pardon de laan uitgestuurd. Onder opvolger Thiago Motta – inmiddels ook op de schopstoel – gaat het niet veel beter.
Door de matige selectie is Genoa genoodzaakt tot het spelen van vechtvoetbal, en daarin komt Lasse Schöne totaal niet tot zijn recht. De Deen werd afgelopen zomer als een held ontvangen, maar heeft nog geen moment het niveau bereikt dat hem in Amsterdam zo ontzettend geliefd maakte. Het schijnt dan ook dat de Deen deze winter alweer mag vertrekken. Het leven in Genua zal vast fantastisch zijn, maar op voetballend gebied mogen we zeker spreken van een moeizaam huwelijk. Op naar Ajax?
De stap naar de Serie A loont
Hoewel de transfers van Lasse Schöne en Matthijs de Ligt – in ieder geval tot nu toe – nog niet brachten wat men ervan had verwacht, zijn er ook genoeg voorbeelden waarom het wél loont om de stap naar Italië te maken. Marten de Roon en Hans Hateboer vonden via Atalanta een weg naar Champions League-voetbal, Mitchell Dijks groeide in 2019 uit tot een absolute publiekslieveling bij Bologna en Sofyan Amrabat maakte enorm veel indruk in de Serie A.
Laatstgenoemde werd door Verona gehuurd van Club Brugge en ontpopte zich in de afgelopen seizoenshelft tot de beste speler van de Gialloblu. Zijn box-to-boxspel, kracht en passing leverden hem zelfs interesse van de halve Italiaanse top op. Het is heel waarschijnlijk dat Amrabat volgend seizoen bij Napoli speelt. Niet slecht voor een middenvelder die bij Feyenoord niet verder kwam dan een plek op de bank. Het is het bewijs dat een stap naar de Serie A wel degelijk slim kan zijn. Dit zo lang speltip 1 wordt gevolgd: ga niet naar Genoa.
Inter bewijst de komende jaren dé concurrent van Juventus te worden
Tussen 2012 en afgelopen seizoen werd Juventus acht keer kampioen van Italië en bouwde het een échte hegemonie op. Anno 2019 is De Oude Dame op voetbalgebied nog steeds de absolute alleenheerser, maar de verlossing door het blauw-zwarte leger dat Inter heet is mogelijk nabij.
Inter – dat na de Champions League-winst in 2010 diep wegzakte en zelfs een keer als negende eindigde in de Serie A - werd in 2016 overgenomen door de Chinese investeringsmaatschappij Suning. Sindsdien lijken de Nerazzurri de weg naar succes weer wat te hebben gevonden. Allereerst werden de commerciële inkomsten uit China onder Suning enorm vergroot, waardoor Inter zich op economisch gebied weer met de Europese top kan meten. Ook op sportief gebied gaat het voor de Nerazzurri de goede richting op.
Onder Luciano Spalletti eindigde Inter twee keer als vierde en plaatste het zich twee keer op een rij voor de Champions League, waardoor het broodnodige geld werd opgehaald en de club weer in topspelers kon investeren. Hoewel Inter een historie van dramatische aankopen heeft en deze lijn het eerste jaar onder Suning ook doorzette, bleek de komst van spelers als Lautaro Martinez, Stefan de Vrij en Romelu Lukaku de afgelopen jaren een schot in de roos. Met topmanager Antonio Conte aan het roer is er de komende seizoenen veel mogelijk in het blauw-zwarte deel van Milaan.
Het Italiaanse voetbal heeft een goed Inter en Milan nodig om het Juventus op de lange termijn lastig te maken. Op de laatstgenoemde is het al jaren wachten. Inter lijkt Juve de komende seizoenen wél weerstand te kunnen gaan bieden. De herrijzenis van de Nerazzurri komt als geroepen, want – behalve de miljoenen Juventini – heeft niemand er wat aan als één ploeg tien seizoenen op een rij kampioen wordt.
Succes Atalanta is écht geen incident
Dat Atalanta de blauwdruk van een goed geleide voetbalclub is, bewees het de afgelopen seizoenen al. De club liet het eigen stadion enorm vernieuwen, had veel geduld met trainer Gian Piero Gasperini, legt de focus al jaren op de eigen jeugdopleiding en probeert de selectie middels gerichte aankopen te versterken. De aanpak blijkt (zelfs in Italië) enorm succesvol. Atalanta eindigde in 2016-17 al eens als vierde en trekt deze lijn de afgelopen jaren door.
Onder Gasperini eindigden de Orobici afgelopen seizoen zelfs op een historische derde plek. Hiermee plaatste Atalanta zich voor het eerst in de historie voor de Champions League. Dat het vervolgens ook nog lukte om in de CL te overwinteren, mag een klein wonder heten, maar toeval is het allerminst. Atalanta speelt nog steeds het meest aantrekkelijke voetbal van de Serie A en herbergt fantastische spelers als Duvan Zapata, Alejandro Gomez en Josip Ilicic. Ook Marten de Roon en Hans Hateboer draaien uitstekend mee in het leukste elftal van Italië. Atalanta sloot 2019 – het jaar waarin het bewees absoluut bij de Italiaanse top te behoren – af met een 5-0 thuisoverwinning op Milan. Sommigen noemen het een wisseling van de wacht.
De Serie A is de competitie van de goede keepers
Italië is niet meer het land waar ontzettend goed wordt verdedigd. Defensies staan vaak genoeg te schutteren en het zegt genoeg dat Chris Smalling – bij Manchester United vaak verguisd – afgelopen seizoenshelft uitgroeide tot een van de betere centrale verdedigers van de Serie A. Meer dan ooit is de rol van de keepers daardoor essentieel. Het is echt heel opvallend hoe vaak dit met verve wordt opgepakt.
Zoals gezegd staat Genoa op dit moment twintigste. Dat ligt echter niet aan de doelman. Met de van Inter gehuurde Ionut Radu hebben de Rossoblu namelijk de beschikking over een fantastische keeper. Hetzelfde geldt voor Sampdoria, Torino en Fiorentina. De drie ploegen draaien niet goed, maar hun doelmannen blinken wekelijks uit. Bartolomiej Dragowski, Salvatore Sirigu en Emil Audero zijn namelijk goed genoeg voor de échte top.
Iets hogerop de ranglijst zien we bij Juventus Wojchiech Szczesny onder de lat staan en heeft Inter al jaren de beschikking over Samir Handanovic. Beide goalies behoren tot de beste keepers ter wereld. Van degradatiekandidaten tot aan de top; meer dan ooit lijkt de Serie A de competitie van de uitstekende doelmannen.
Italië ontpopt zich tot outsider voor de Europese titel
Het Italiaanse nationale elftal draaide in 2019 uitstekend. De Azzurri wonnen al hun EK-kwalificatieduels en ontpopten zich tot een mogelijke outsider voor de Europese titel. Bondscoach Roberto Mancini heeft aankomende zomer de beschikking over een uitstekende selectie en heeft op het middenveld zelfs te maken met een luxeprobleem. Het is wel eens anders geweest. Lukt het Mancini om Ciro Immobile zijn Serie A-vorm eindelijk eens bij de nationale ploeg te laten zien, dan is het echt mogelijk dat Italië op het EK tot de laatste fases reikt. Maar goed, allereerst de poule met Wales, Turkije en Zwitserland eens doorkomen. Italië speelt alle groepsduels in Rome, dus gesterkt door het eigen thuispubliek moet dat wel lukken.
De eindeloze strijd tegen racisme is moeizaam
Eind 2018 werd Napoli-verdediger Kalidou Koulibaly racistisch bejegend tijdens een duel met Inter. Het leverde de harde kern van Inter een verbanning van drie duels op. De straf maakte blijkbaar geen indruk, want in 2019 werd deze lijn vrolijk doorgezet. Het eerste duel dat de Curva Nord weer bijwoonde, waren er direct racistische spreekkoren te horen.
In 2019 werd meer dan ooit duidelijk dat het Italiaanse voetbal en Italië zelf echt met een gigantisch probleem kampen. Racisme en discriminatie groeiden – in ieder geval op voetbalgebied – uit tot orde van de dag en manieren om het tegen te gaan bleken heel erg ineffectief.
Ook het afgelopen jaar bleken de Italiaanse autoriteiten niet in staat om het racisme in de Italiaanse voetbalstadions effectief aan te pakken. Helaas is het probleem veel groter dan alleen in het voetbal, want meer dan de helft van Italianen blijkt van mening te zijn dat het uiten van racisme af en toe geoorloofd is. Daarbij blijkt een groot deel van de Italianen te weinig sensitief als het op mogelijke discriminatie aankomt.
Het verklaart de Black Friday-voorpagina van de Corriere dello Sport – waarop Chris Smalling en Romelu Lukaku te zien waren – en de anti-racismecampagne van de Italiaanse voetbalbond – waarbij een portret van drie apen als representatief kunstwerk werden gekozen – enigszins. Desondanks is het te hopen dat men in 2020 definitief stappen kan gaan zetten in het aanpakken van het racisme in het Italiaanse voetbal. Ik vrees het ergste.
Reactie plaatsen
Reacties